donderdag 28 februari 2013


Niets schokkends

Geen schokkende week, maar dat mag ook wel eens.

Vrijdag de eerste echte NGO-vergadering en het is verbazingwekkend hoe ze dan weer vervallen in hun ‘oude’ manier van vergaderen. Ik probeerde als voorzitter (van het CBO) de vaart er in te houden, zo informeel mogelijk te vergaderen en me vooral concentreren op besluiten. Dan denk je daar pikken ze wel wat van op? Nee, dus. Thomas, de nieuwe voorzitter doet het op ‘zijn’ (hier gebruikelijke) manier. De verslagen en voorstellen worden regel voor regel voorgelezen. Iedereen begint met een betoog als hij het woord krijgt “Thank you chairman that I have the opportunity to express my feelings on the issue what is on the agenda. I thank the Almighty God that he has brought us together…….”

Dat kan best een paar minuten duren en alle discussies lopen via de voorzitter, met weer allemaal dezelfde plichtplegingen. Vermoeiend. Ga er toch wat van zeggen. Maar er is een hoop besproken en besloten. Paul kon de vergadering niet bijwonen omdat Josi een ontstoken oog had en hij met haar naar het ziekenhuis moest. Wat ook uren duurde.

Inmiddels was er een delegatie aangekomen van 3 Belgische meiden en hun Ugandese begeleidster. Zij doen onderzoek bij de Universiteit van Entebbe en helpen daar een ‘counseling’ centrum opzetten. Waren erg geinteresseerd in onze aanpak. Paul heeft ze ’s middags mee genomen op ‘Citytour’ en ze laten kennis maken met de jongens en dat maakte veel indruk. Nog meer de volgende dag toen ze naar Soweto en Makenke zijn geweest. Hoewel ze al ruim een maand in Uganda zijn, hadden ze dat nog niet gezien. Alleen de luxe van de campus.

Hun verblijf gaf weer leuke discussies. Vooral over hekserij, de totale andere leefwereld van de mensen hier en met name Lucy (hun begeleidster) maakte veel indruk met haar openheid, spontaniteit en erg goed invoelingsvermogen. We hebben gesjoeld en lekker gegeten en de dames zijn nog wat langer gebleven om te zwemmen en te raften.

Het weekend de tijd om wat dingen bij te werken. O.a. de blog op de 1%-club, foto’s van de bouw oploaden en de huishoudelijke administratie. Verder wat gepuzzeld en ’s avonds zijn we met z’n allen gaan eten in een nieuw restaurant in Jinja en dat is uitstekend bevallen.

Maandag is Bakali weer naar de bouw vertrokken. Het deed hem zichtbaar goed en de wond is ook dicht. Hij is dan ook meteen weer het middelpunt van de bouw en ook de jongens van het Home hebben groot ontzag voor hem. De afrastering moet uitgebreid worden en dat is de grootste klus voor deze week. Behalve dan het stenen maken. De productie neemt toe en wellicht hebben we binnenkort al een ‘opslag-probleem’. Zeker als er de komende dagen een tweede steenpers bij komt.

Paul heeft de meeste tijd in Makenke doorgebracht en het is duidelijk dat de nieuwe jongens meer begeleiding nodig hebben dan eerdere. Voor hun is de overgang ook wel erg groot: van de straat in een ‘gezin”. Dus dreigen met weglopen, naar ‘huis’ willen, niet goed raad weten met de tijd. Daarbij is hun Engels erg laag en het kost veel moeite echt contact met ze te krijgen. Maar ze genieten van de wandelingen en deze week zwemmen was het absolute hoogtepunt. Voor het eerst in de armen van lieve Mzungu-meiden leren drijven. Het zal je overkomen!

concentratie tijdens de Engelse les

maar zwemmen is leuker

en dit is toch wel het toppunt!

Verder weer wat aanvragen voorbereid en nog eens goed gekeken naar de vrijwilligers die gaan komen. We hebben 2012 afgesloten met 212 bezoekers, maar er zijn er nu weer 5 en volgende week komen Diede en Nathalie en tot en met september komen er nog zo’n 15 bij. Op naar de 250!
Om voor iedereen een werkplek en accommodatie te vinden, is nog even puzzelen. Vooral omdat we niet weten, hoever het Centrum over 4 maanden is, of het vrijwilligershuisje klaar is en welke nieuwe activiteiten we willen opstarten, als het onderzoek van Anita en Clement klaar is. Deze week, heeft hij beloofd. We hebben de nieuwkomers een uitvoerige brief gestuurd met de stand van zaken en ze zullen elkaar de komende tijd wel informeren.

Woensdag een vervelende pijn in mijn rechterbovenbeen. Begon dinsdag al, maar nu werd het echt heftig. Kon er ook nauwelijks op staan. Een spier, een zenuw? Heb het ‘werk’ (eindeloze bankformulieren om een nieuwe NGO-rekening te openen), het werk gelaten. Paar stevige pijnstillers en het bed in. Want we wilden die avond naar Kampala.

’s Middags was de pijn dragelijk dus zijn we om 16.00 met een taxi naar Kampala vertrokken, voor de Ugandese première van ‘De bijsluiter van goede bedoelingen’. Een documentaire waarvoor Niki ook hier dagen gefilmd heeft, maar uiteindelijk zijn we niet in de film terecht gekomen ‘omdat er te weinig van jullie te leren valt’. Maar we zitten als laatste in de aftiteling van de film, ‘met dank aan’!
Het is een goede film geworden, die veel vragen oproept en genoeg stof voor discussie (voor mensen die overwegen in een ontwikkelingsland een project op te zetten). Leuk ook weer wat mensen te ontmoeten. Ook iemand van de Ambassade, die we onze aanvraag konden meegeven. We waren rond 23.30 weer (veilig) thuis.

Ondertussen zijn Alex en Josephine met de stapel papieren voor de werkvergunning naar Kampala gegaan. Het leek in orde, maar er ontbrak toch weer wat. Wat horen we vandaag of morgen en dan gaan ze vrijdag opnieuw. We overwegen om zelf ook maar eens die kant uit te gaan. Ook om eens uit te kijken naar een nieuwe auto voor Paul. Deze hebben we nu 3 jaar en is nog prima in conditie. Maar zuipt meer dan de beide baasjes samen. Is niet meer op te brengen. Zeker nu er een waarschuwing is van de Ambassade dat i.v.m. te verwachten onrusten in Kenia (verkiezingen) rekening gehouden moet worden met een brandstof te kort. Alle brandstof komt van Mombassa en moet heel Kenia door in grote tankauto’s. Bij de vorige verkiezingen, is er ook weken geen aanvoer geweest. Toch kun je niet meer doen dan de ‘tank vol houden’. Ook die oude zuiplap nog maar even...

Het been trekt nog wat maar is dragelijk: ouderdom komt..

Nog even over het weer: het is nu echt heet en geen regen. De groentes en planten verdorren niet, maar zijn echt aan het verbranden. Daar kan geen spuiten tegen op.
En het vee: een konijn is gestorven, maar de anderen zitten nu buiten en fokken als hun soort beaamt. Een kloek zit op 12 eieren. Pasen komt in zicht.

donderdag 21 februari 2013


Boekhouder-kok

Volgens het woordenboek van ‘van Dale’ is een boekhouder ‘iemand wiens beroep het is voor een instelling of persoon boek te houden’, wat dan weer betekent ‘het volgens bepaalde regels verwerken van de financiële gegevens’.

Ik had deze week inderdaad het gevoel dat ik in een ‘beroep’ terecht was gekomen. Uren achter de laptop doorgebracht om december financieel af te sluiten, het boekjaar af te sluiten, begrotingen voor de bouw bij te stellen, begrotingen te maken voor het te bouwen vrijwilligershuisje, rekeningen van de bouw te registreren en te ordenen, de jaarrekening van de Stichting en een begroting maken voor een nieuwe aanvraag.

En dan met de nodige handicaps. Want het mag dan volgens de reisgidsen ‘de droge tijd’ zijn, het heeft de afgelopen week behoorlijk geregend en gedonderd. En het eerste wat er dan gebeurt: de stroom valt uit! Waait er ergens een paal om, knapt er een draad of vernielt een vallende boom de verbinding.
Paul kreeg, nauwelijks 10 meter voor zich, een grote boom over de weg. Kon hem nog net ontwijken. Bij mijn auto begon de vooruit te lekken.

Behalve de stroomhandicap, was ook opeens mijn internetbundel op – gebeurt natuurlijk altijd ’s avonds – en dan moet je de volgende dag weer naar de stad om hem ‘op te toppen’.

Behalve cijfers op papier, ook veel echte cijfers. We hebben nogal wat moeten spenderen aan de inrichting van het huisje voor de vrijwilligers. Dat wordt ‘kaal’ verhuurd, dus daar staat echt helemaal niets in. Edward en Ellen, onder begeleiding van Josephine (onze secretaresse) zijn de hele dag – weer lekkere fikse buien – de stad in geweest om bedden en matrassen te kopen, en potten en pannen, en glazen en kopjes en tafeltjes.... Tafels en stoelen hebben we nog; ooit eens gemaakt voor ons kantoor in Mpumudde. Zullen later hun weg wel vinden naar het nieuwe centrum.

Deze week zijn de eerste stenen gemaakt. De eerste dag 168, maar het doel is een productie van 300 per dag. Het is best een zware klus (zie website) en er moeten er zo’n 40.000 gemaakt worden! Althans volgens het voorlopig plan, maar de plannen wijzigen voortdurend (voortschrijdend inzicht en overmoedige dromen). Bakali heeft een leuk ontwerp voor een vrijwilligershuisje gemaakt (het gaat goed met hem – deze week zijn de hechtingen verwijderd – volgende week hoopt hij weer op de bouw te zijn) maar dan moet er een hut verkleind worden. Maar dat kan en dat valt dan weer goedkoper uit. Dus wellicht kunnen we die dan aansluitend bouwen? Me dus een dag ledig gehouden met een aanvraag indienen bij de Nederlandse Ambassade. Die moeten we dan volgende week een keer persoonlijk in Kampala gaan afleveren.

Paul heeft vrijdag alle spullen naar het huisje in Mafubira gebracht en Edwin en Ellen zijn aan het poetsen en inrichten geslagen. Moet nog wel een gastoestel kopen. Maar dan moet er wel weer gas zijn. Ons merk is er nog steeds niet. We hebben dus noodgedwongen een nieuwe nippel en fles gekocht, met de intentie dat die naar Mafubira gaat.

Ik heb me die vrijdag aan de papieren voor de werkvergunning gezet. Dat betekent een aantal brieven, uitleggen waarom we hier ‘onmisbaar’ zijn, hoe de organisatie in elkaar zit, taakomschrijvingen, verantwoordelijkheden en dan moeten er 10 bijlages bij! Lukt allemaal, behalve ‘een bewijs van goed gedrag’ want dat zouden we dan bij het Interpol bureau in Kampala moeten halen. We gokken er op dat de aanbevelingsbrief van de Bisschop ons er van vrijwaart.
Zaterdag ging Paul met alle vrijwilligers naar Sipi Falls. Een busje vol en de zoon van Musa als driver. Even rust in de tent.






Ik had me heilig voorgenomen die rust niet te gebruiken om nog meer stukken te produceren, hoewel de verleiding groot was. Gekozen voor een andere verleiding, of liever uitdaging: een tapasbuffet voor Paul cs als ze zondag terug zouden komen. Een lijst gemaakt van 15 gerechten en een werkschema en aan de slag! Castor en Polla, gelokt door alle lekkere geuren, voortdurend letterlijk voor de voeten als er weer eens een kruimel op de vloer viel. Lekker gewerkt en het zweet op mijn rug. Tussendoor nog even boodschappen en wandelen met de honden en ’s avonds om half elf nog de afwas. Maar 7 gerechten zijn klaar; slechts één niet helemaal gelukt – moet ik morgen nog eens opleuken.

Ook de zondag in de keuken. Fred komt op bezoek en kijkt zijn ogen uit. Hij vermaakt zich verder de hele dag met Bakali en ze genieten van de grote vissenkop, die ik hen voor de lunch aanbied. Als het gezelschap om vier uur aankomt, ben ik net helemaal klaar. Alleen de afwas nog, maar die is met het koffiezetten ook gepiept.

Ze hebben een prima trip gehad, al is de wandeling in Sipi wel erg zwaar geworden. Door de eerdere regenval zijn enkele paden daar weggespoeld en kun je de falls alleen nog maar bereiken via touwladders. Zoals afgesproken, blijven ze alle 5 slapen en ze zoeken hun kamers op en hangen wat rond...in afwachting van.
We hebben heerlijk gegeten. Gestart met een vissoep en geëindigd met bananenijs en mangomousse. En tussen door steeds 3 gangen van 4 gerechten cq hapjes. Van het voorgenomen ‘kaartavondje’ kwam niets meer, want iedereen was moe! Me too!

Maandagochtend een afspraak bij het Caritasbureau van het Bisdom. Samen met Inge om te kijken of zij ons kunnen assisteren bij het opzetten van een training voor de vrouwen in Soweto, die willen deelnemen aan het microkrediet. Ze zijn erg enthousiast en welwillend en er komen vervolgafspraken.

Er is weer gas dus een gastoestel gekocht en de flessen omgeruild en dan zouden Edwin en Ellen morgen naar hun huisje kunnen. Maar de bedden zijn nog niet klaar: morgen. In de stad naar de bank en nog wat andere dingen geregeld, even bij Dirk op bezoek die dollars nodig heeft om permits te regelen voor bezoek aan de gorilla’s. Dat willen 4 van de (toekomstige) bezoekers gaan doen en Paul brengt ondertussen een paar van ‘onze’ jongens naar school. De grote vakantie (vanaf begin december) zit er op.

’s Avonds gewerkt aan de PowerPoint-presentatie over ons werk, want de penningmeester moet over een week een lezing houden en heeft graag wat ondersteuning. Ben zelf niet ontevreden over het resultaat. Nu het versturen nog.

Dinsdag heeft Paul een afspraak om 2 nieuwe jongens te identificeren. Twee van de jongens in Makenke zijn naar school, dus er zijn weer vrije plaatsen. Het zijn ‘echte’ straatjongens met een lange geschiedenis op straat. De een al zeven jaar, de ander tien. Ze bezoeken met hem het huisje en zijn enthousiast. We geven ze een kans en dat betekent die middag weer matrassen kopen en persoonlijke spullen, wat ze komen werkelijk met niets.

Die dag nog maar weer eens wat fondsen ‘gescand’ want de begroting voor dit jaar is nog niet rond. Maar ook niet alles hoeft rond te zijn; ik vind een bochtige weg mooier dan een rotonde. Maar een boekhouder houdt van rond en recht en het moet kloppen, de kok houdt van fantasie, een beetje aangebrand en toch lekker..
  

dinsdag 12 februari 2013


God is great

Niet direct een uitspraak van mezelf maar hij past bij de mensen hier. Deze keer kwam hij van Fred. Op woensdag-ochtend: hij had zijn moeder gevonden. Hij klonk dolblij en zou snel terugkomen om het hele verhaal te vertellen.

Maar dat was woensdag. Maandag begon zonder stroom. Een hele hoop plannen maar dat moet je an gewoon vergeten. Dus na enkele uren wachten en opruimen, maar gewoon puzzelen. Een extra vakantie dag en de dagen nemen zoals ze komen. Me met Mirabu op een wat uitgebreidere visschotel gestort en die op tijd in de oven gezet. Na een uurtje checken: gas op ! Paul de stad in maar nergens gas te krijgen. Althans niet ons merk. Ieder tankstation heeft zijn eigen merk, ieder merk zijn eigen aansluitnippel. Dan maar een pizza van de ‘take-away’. Ook niet verkeerd.

De volgende morgen is er weer stroom en dus tijd om de besluiten van de NGO uit te voeren. Benoemingsbrieven voor Paul en mezelf, de contracten, affiches en formulieren voor de computerschool; de hele dag achter de computer. ’s Avonds pijn in mijn pols, die langzaam dikker wordt. Zal wel weer over gaan. Koken op houtskool stoofjes en de visschotel smaakt er nog beter van. Die avond een filmpje gekeken (‘Whale Rider’) over het leven van de Maori’s, een prachtig verhaal.

Woensdagmorgen nam de pijn in de pols toe: ‘peesonsteking’ zei Paul. Omdat ik toch naar de stad moest, naar de bank, naar het postkantoor (de kerstkaart van Thomas en Ellie is er – dank je wel) , laptops moet laten repareren en copieen maken, toch maar even naar de dokter. Die wreef aandachtig over de pols, liet me wat oefeningen doen en tuurde wat rond om iets zinnigs te zeggen. Ik zeg: “Paul thinks it is ‘tendititus’ “. “That’s it”, zegt de dokter, waarop ik zeg dat ik dus voor de diagnose niet betaal. “But Mr. Paul doesn’t know how to treat; I know”, zegt hij ad-rem en schrijft me een zalfje en pillen voor. De rekening is 27.000 UGS, een goede 8 Euro. Al of niet de diagnose in rekening gebracht?

’s Avonds maar weer een filmpje gekeken: ‘The life of Pi’, een film die in Nederland schijnbaar nog niet uit is. Een indrukwekkend verhaal over een man op zee in een spiritueel gevecht met een leeuw. Zeker aan te raden!

Inmiddels is van de ‘oude’ Bakali niet veel meer over. Hij heeft de moed verloren en is de hele dag met zijn been bezig. Hij heeft met ons gisterenavond naar het filmpje gekeken, maar net zo veel naar zijn been als of hij elk ogenblik verwacht dat het openbarst. De wond hecht ook slecht, maar hij blijft hem ook te veel belasten. We leggen hem een ‘bewegingsverbod’ op en stellen hem onder controle van Castor.



Paul gaat met de jongens, en Josi en Lola wandelen en ze wandelen een aantal uren, waarin van alles aan de orde komt en dat soort wandelingen versterkt het ‘familiegevoel’. Paul gaat zich steeds meer de ‘vader’ van het gezin voelen en de jongens krijgen steeds meer het gevoel dat ze een ‘thuis’ hebben. Ze willen nauwelijks naar school.

Mijn pols gaat voelbaar vooruit en ik werk weer een aantal dingen bij. Berichten op de website. Bijwerken van de 1%-club en diverse mails. Bericht gehad dat het ‘Schipperscentrum’ in Nijmegen de Vastenactie voor KisoBOKa gaat houden. Bij Wilde Ganzen, hebben we ongeveer de helft binnen, de wijnactie van Benny heeft € 850 opgebracht (dank – dank – dank) en we hebben nog steeds de goede hoop dat we voor de zomer 80% binnen hebben en in augustus open kunnen. Maar de bouwplannen moeten opnieuw aangepast worden.

Vrijdag een belangrijke dag. Mr. Okello heeft (zoals afgesproken op de laatste bestuursvergadering) een aantal ontmoetingen geregeld waar we ons als NGO willen presenteren. We beginnen op districtsniveau, waar de ‘chief’ – nauwelijks geïnteresseerd – alle medewerking toezegt. De hief, onder hem is erg belangstellend en ziet ook concrete mogelijkheden om samen te werken. Hij haalt zijn social-worker er bij en die belooft snel te komen kijken. Hij benadrukt echter vooral dat we veel aan hem moeten rapporteren, zodat hij weet wat we doen. We laten overal papieren en plannen achter.

Rond het districtsgebouw zitten honderden fraai uitgedoste vrouwen. Ze wachten al sinds 8 uur die morgen op vertegenwoordigers van het ‘Rode Kruis’. De vrouwen zijn allemaal verantwoordelijk voor tientallen wezen en hopen op een bijdrage van het Rode Kruis. Ze zitten binnen maar ook in de brandende zon. Er is hen gezegd op tijd aanwezig e zijn want anders zijn hun kansen zo wie zo verkeken. Als wij er rond 11.00 uur weggaan, komen we onderweg de auto van het Rode Kruis tegen. Eigenlijk een schande dat ze die vrouwen zolang laten wachten.

We hebben nog een ontmoeting met een hoge baas op het Gemeentehuis en die is erg enthousiast en laat ons weten dat we altijd bij hem terecht kunnen. Een vruchtbare ochtend en op Matia Mulumba hoort Paul het verhaal aan van de zoektocht van Fred, terwijl hij ook de andere Fred bezoekt die in de buurt zijn lagere school af maakt. Hij is erg stil en mist zijn ‘thuis’ in Makenke.

Later die middag nog een gesprek met de aannemer en de bouwplannen nog eens doorgesproken. Maandag gaat de bouw echt beginnen!

Een rustige zaterdag met wat werken in de tuin (Paul), werken aan een Powerpoint(Willem) en vooral uit de zon blijven!

Zondagmorgen wachten op Edward en Ellen. Die komen later dan verwacht, maar zijn er toch tegen 15.00 uur. Edward komt voor enkele weken; Ellen voor een half jaar. Ook de andere vrijwilligers komen en met z’n zevenen gaan we op bezoek bij father Picavet. Die heeft een aantal organisatie uitgenodigd die in het ‘koninkrijk Bosoga’ werken. Erg interessant te horen waar iedereen mee bezig is en ook wij vertellen ons verhaal. De nodige contacten worden uitgewisseld. Die avond eten we gezellig bij de ‘Black Latern’ bij de Bugugali Falls.

vlnr: Willem, Lola, Josi, Ellen, Edward en Inge; Paul maakt de foto
Maandagmorgen de blog willen schrijven maar weer eens geen stroom. Edward gaat met Paul bouwmateriaal ophalen, Ellen verkent Bukaya. Om 10.00 uur komt Fred om ook mij zijn verhaal te vertellen en hij wil een email schrijven aan Uncle John en Aunt Rita (zijn sponsors uit Beugen). Geen stroom, helaas. Een uur later keert de stroom terug: “God loves me” , zegt Fred en hij probeert zijn ervaringen in een korte mail weer te geven. Hoe hij 2 keer van het ene dorp naar het andere gestuurd werd. Weer terug en allerlei tegenstrijdige verhalen. Dat hij aanwijzingen kreeg waar zijn vader begraven zou zijn. Het graf vond maar onmiddellijk vijandig werd benaderd want ‘ze’ dachten dat hij het land kwam opeisen. ‘Ze’ is dan de familie van zijn stiefmoeder, die hem met een bijl bedreigd heeft, waarna hij is weggelopen en uiteindelijk op straat in Jinja terecht is gekomen. Hij hoort de verhalen dat zijn vader door zijn stiefmoeder is vergiftigd en zijn moeder ‘behekst’. Uiteindelijk vind hij haar in een hutje aan het meer. Ziek en psychiatrisch gestoord. Maar ze herkent hem wel!  Fred is dolgelukkig maar tegelijkertijd erg in de war. Het moeten ook traumatische ervaringen voor hem zijn. We adviseren hem het verhaal op – en van zich af te schrijven en dat het goed is dat hij spoedig terug gaat om meer van zijn verleden te reconstrueren. Intussen gaan wij kijken of we moeder kunnen helpen door haar hier – bijv. in het Destitute Home – te laten opnemen.

Later de dag te aangepaste plannen van de aannemer ontvangen en nu moet er snel een ontwerp komen voor het vrijwilligershuisje. Voorlopig brengen we ze onder in een huurhuis in Mafubira en we gaan er kijken om te zien wat nodig is aan inrichting.

Van de zusters inmiddels bericht gehad dat ze echt gaan stoppen in Soweto. Betekent dat het einde van de crèche? Ik heb een afspraak gemaakt met de verantwoordelijke van het Bisdom. Volgende week maar eens kijken: God wil be great?

maandag 4 februari 2013


1tot 5 procent

Wat kan een mens zichzelf overschatten cq de kracht van de natuur onderschatten. Ik rekende op ‘halve kracht’. Mooi niet. Nog geen 1%. De hele dinsdag als een dweil in bed gelegen. Koorts, zweten en slapen. Geen zin een been buiten bed te zetten en Bakali kwam bezorgd kijken of ik er nog wel was. Met Paul naar de kliniek voor de tweede spuit en ik heb de hele rit geslapen.

Woensdag de hele dag regen. Midden in het droge seizoen. Met bakken viel het uit de hemel. Dan blijft de helft van de Afrikaanse bevolking in bed en het hele leven is gedesorganiseerd. Mensen verschijnen niet op hun werk, leerlingen en leraren niet op school en de straten zijn net zo leeg als in het midden van de nacht. Dus gewoon in bed blijven. Ik zou ook niet anders willen. En maar weer slapen en zweten.

Ik moet er toch even uit omdat Robert-Jan, de aannemer komt om de laatste voorbereidingen door te nemen. Waar zand te kopen, waar marrom (een soort zand met kleine steentjes), hoe de betalingen te regelen. Half slapend, denk ik dat we toch alles goed geregeld hebben en in het weekend moet alles klaar zijn. Er moet nog huisvesting voor hem geregeld worden, waar ook onze nieuwe vrijwilligers gebruik van kunnen maken. Het contract moet uiterlijk morgen geregeld worden.

Na het derde bezoek aan de kliniek voel ik dat de koorts zakt. Ik kijk even snel op de computer en het lukt weer een paar bladzijden te lezen. Het zal wel weer over gaan. Kun je het voorkomen? Absoluut niet. Natuurlijk slapen we onder een klamboe. Maar de mug die je ‘pakt’ – een op de duizenden – kan ook ’s avonds op de veranda zitten, in de tuin bij de Chinees of in de stad. Dagelijks pillen slikken is geen optie, want daar zit me een troep in. Maar wellicht toch een dagelijks kopje thee van de ‘Neemboom’, die gewoon in de tuin staat. Sommige blanken zweren er bij!

Maar donderdag weer op de been en de vele mails beantwoordt die binnen gekomen zijn. Er zijn elke week weer nieuwe aanvragen, vooral voor de zomermaanden. Maar we zitten vol! Omdat we enkele aanvragen gewoon niet kunnen laten schieten (iemand met een kunstopleiding, een ander is dansdocent) om nieuwe ideeën te ontwikkelen voor het Centrum, zitten we in juli – augustus met 10 vrijwilligers. Wordt een gezellige tijd. En misschien komt er ook nog een delegatie van het bestuur. Als we het Centrum begin augustus zouden kunnen openen?

Maar we moeten wel de huisvesting regelen en hebben besloten een huis te huren, niet te ver van Makenke. Morgen moet het huurcontract getekend worden.

Goddank voel ik me die vrijdag wel weer 90% oké. De stad in om bij de bank het huurcontract te regelen. En op zoek naar een goede microfoon. Na 2 jaar en column te hebben verzorgd voor de Missionaire Agenda en daarmee ben gestopt, heb ik besloten mijn oude liefde weer op te pakken: radio maken. Met de BLOS (Boxmeerse lokale omroep) afgesproken een maandelijks programma te gaan maken. ‘Live’ uit Uganda. Een opname-programma geïnstalleerd maar de geluidskwaliteit is te laag. Met een nieuwe microfoon, zou dat zijn opgelost. Nog niet uitgeprobeerd want de aanschaf blijkt duurder dan ik op dat moment in de pocket heb. Maar we hebben de tijd..

Zelfs om ’s avonds een filmpje te kijken. ‘Adaption’, een prachtig verhaal en we hebben heel wat praat nodig om te achterhalen wat de essentie was. We kwamen er wel uit maar hebben vooral genoten.

Zaterdag opeens een mailtje van de verhuurder van het huisje – die ik gisteren 1.600.000 UGS heb overgemaakt – dat hij het huisje heeft verhuurd aan een ander. Ik schrik me rot. Geld kwijt en nog een oplossing voor de komende woonnood? Druk mailverkeer en uiteindelijk geeft hij toe: we kunnen het huisje huren, maar er moet wel nog 60.000 UGS bij voor de ‘security’. Als ik het huurcontract heb.

Nog geen uur later een telefoontje van Zuster Sujatha – de Indische zuster die de crèche in Soweto runt – dat ze niet meer in staat is om de crèche te runnen. Haar Engels is mager, Indisch en ze praat in afgebroken zinnen. Ik geloof mijn oren niet. “You are going to stop?” “Yes”. “But you can’t leave those children. The school has to open next Monday.” “No, I am not there anymore”.

Werk van 5 jaar naar de bliksem? Ik vraag haar e.e.a. op papier te zetten en me te mailen. Het maalt in m’n hoofd en weet niet wat dat gaat betekenen. Uit pure afweer, ga ik aan het koken. Morgen is er weer een dag en ik heb weekend! Ik ben toch niet naar Afrika gekomen om te stressen? De crisismanager te spelen? Ik wil iedere dag nemen zoals hij is maar niet met een planning en een wil elk probleem in no-time op te lossen. Ik moet me zelf daar vaak aan herinneren en groei nog steeds in de kunst van de mensen hier, echt te leven van dag tot dag. Een wijze levenshouding maar daarvoor moet je hier geboren zijn. 

Paul is die dag met Bakali op de bouw. Ze zetten de tenten op die ervoor moeten zorgen dat de stenen niet te snel drogen én dat de werkers niet te snel uitdrogen. Met zijn kennis van het Weredfestival in Gemert, heeft Paul de tent snel op de buizen. Morgen komt het zand en maandag begint de bouw.




Bij het verlaten van het terrein, krijgt Bakali de ijzerenplaatdeur tegen zijn Achillespees. Hij bloedt als een rund en er is een flinke wond zichtbaar. Robert-Jan snelt met hem naar de kliniek, waar een fikse hechting nodig is. Laat in de middag strompelt hij – ontdaan – ons terrein op. Hij leent mijn kruk (van mijn gebroken teen) en heeft niets te missen. Ondanks de hechting blijft het bloed stromen en Paul tracht het te stoppen met alivera. Het lukt gedeeltelijk.

Zondag gaat Paul eerst met Bakali naar de kliniek en daarna naar Makenke waar zand en marrom worden afgeleverd. De askari is ingeseind dat hij die avond op zijn post moet zijn en dat belooft hij.
Ik werp me opnieuw op de keuken want vanavond komen Inge, Josi en Lola eten. We hebben besloten ieder weekend iets met de vrijwilligers te doen. Het is gezellig; het is belangrijk hun verhalen te horen; het is goed dat ze ervaringen uitwisselen. Gisteren heb ik al 2 liter bananenijs gemaakt, maar vanaf gisterenavond is er geen stroom. Ik hou mijn hart vast en bedenk een alternatief voor de chips die ik wil maken van zoete aardappels. Maar wellicht is de stroom om 4 uur gewoon weer terug? En dat is ook zo en dus genieten we van een heerlijk maal, inclusief bananenijs.

De dames blijven slapen en die avond gezellig duizenden. En wie wint?
Vanmorgen een hele waslijst voor ‘met volle kracht’, maar de stroom valt weer eens uit. Dan niet. Ik puzzel de hele morgen en lees “Solitaire’ uit. Een prachtig boek over een idealist in de Namibische woestijn, maar misschien moet je zijn ervaringen uit eigen leven herkennen?

Verder deze week druk met de voorbereidingen van de komende schoolperiode. Paul ( en Josi en Lola) heeft met Fred en Henry de nodige tijd op de markt en in de supermarkt gespendeerd om schoolspullen te kopen: schriften, bord en kom, wasbak, papier ,etc en dat moest ook voor Waiswa en de anderen volgen (zie website).

En Fred ging opnieuw op zoek naar zijn moeder. Enkele jaren geleden kreeg hij te horen dat ze dood was, maar later weer dat ze toch leefde. Hij vond een spoor naar een dorp een aantal uren hier vandaar. Hij ging maar vond haar niet, maar wel een oom. Die wilde niets met hem te maken hebben (angst dat ze er voor moeten zorgen), maar buren verzekerden hem dat zijn moeder nog leefde. In een dorp aan het meer. Hij vindt iemand die met hem mee wil. Hij vraagt ons geld om haar te gaan zoeken en natuurlijk geven we dat. Hij zal ons op de hoogte houden, maar liet gisteren weten dat hij haar nog niet gevonden had. Het dorp waar ze zou zijn, is alleen per fiets te bereiken...... may be tomorrow, Uncle.